Serc

Slag om Woensdrecht

De Slag om Woensdrecht 

door: P.Michielsen

Bijna twee generaties  liggen er tussen de bevrijding van Woensdrecht en thans. Voor diegene die het meegemaakt heeft een historische terugblik op deze  helse weken.

Voor de jongeren, die deze ellende nooit hebben beleefd, een brokje historie van de streek, die het toen toch al niet rijke dorp nog dieper in de armoe stortte. Hoe anders is dat  gelukkig nu .

Als hommage aan deze heroïsche strijd-van enerzijds Canadezen en Woensdrechtenaren  en anderzijds de Duitsers-volgt een verslag van het drie weken durend gevecht.

Proloog

Dinsdag 5 sept. 1944, beroemd zoniet berucht geworden onder de naam´dolle dinsdag ´. Ook hier op de vliegbasis was deze dinsdag bepaald niet rustig te noemen. ´s Avonds tevoor was de bevolking langzaam maar zeker in de stemming gebracht. Op de basis lieten de Duitsers alle bunkers in de lucht vliegen, onder druk van de steeds sneller oprukkende geallieerde strijdkrachten na de doorbraak bij de linie. De operationele taak van het vliegveld was reeds lang verleden tijd,doordat de Luftwaffe tijdens de invasie reeds geëlimineerd was.

De zon was nog maar juist boven de horizon verschenen , of de ´Zandforters´ trokken in drommen naar het verlaten vliegveld, om terug te gaan halen waar zij-volgens-hen recht op hadden. Met radio's, allerlei soorten huisraad, meubelstukken en levensmiddelen togen zij huiswaarts. De teleurstelling was echter groot, toen zij de terugweg zagen versperd door woedende Duitsers, die hen met getrokken pistolen te verstaan gaven, alles weer terug te brengen binnen de poorten van de vliegbasis. Ook in het dorp zelf kende men enkele genoeglijke uren. Overal werd de nationale driekleur tevoorschijn gehaald. terwijl een enkele dappere zijn vlag reeds uitstak.  Ook hier was-evenals op Zandfort - de vreugde van korte duur,  want de vijand opende het vuur op de uitgestoken vlaggen, zodat ze weer snel werden ingehaald. Het zou niet zo snel en gemakkelijk gaan als men allerwege dacht. De prijs die vooral Woensdrecht voor zijn bevrijding zou moeten betalen was behoorlijk hoog.

De slag

 Het was voor de bewoners van de Zuid-Westhoek een waar genot te zien, hoe de eens zo fiere Wehrmacht nu in de richting ´ Heimat´ terugtrok; vermoeid ogende , ongewassen en met ongeschoren tronies, (een vijand heeft geen gezicht ) zonder wapens en totaal uit het lood geslagen, onbekommerd om de bevelen van officieren en Feldwebels. 

De gelukkigen onder hen hadden nog een fiets of een ander vervoermiddel op de kop kunnen tikken, maar de rest vertrok te voet terug richting Bergen op Zoom. 

 Na de middag kreeg de Duitse leiding wat meer zicht op de situatie en meteen zorgde de zo gevreesde Duitse discipline weer voor het langzaam maar zeker herstel. Men zette overal wachtposten uit, die de vluchtende soldaten opvingen, verzamelden en hergroepeerden.

Op de avond van de Dolle Dinsdag ging bij vele Woensdrechtenaren de hoop op een snelle bevrijding in rook op. Vanuit Zeeland werden verse troepen naar Woensdrecht gederigeerd, laaiend van enthousiasme om met een nog hoge moreel de Canadezen tot staan te brengen..

Voor de bewoners was de komst van deze ´ keurkorpsen´ een ware nachtmerrie, want niets was veilig voor deze barbaren. Fietsen, kinderwagens, paarden, kortom ze konden alles gebruiken. Hier kwam nog bij het tekort aan voedsel. Doordat  Woensdrecht nu in de frontlinie lag, was zij geheel op zichzelf aangewezen. Gelukkig was door de commandant van de OD- Dhr C.van Elzakker- voor voldoende voorraad gezorgd.

Door zijn toedoen hadden  alle boeren na de oogst een circulaire ontvangen, waarin hun werd bevolen zo min mogelijk te dorsen, zodat de Duitsers de voorraden niet konden wegvoeren. Hoe slim deze daad op zich was, toch bleek men in het heetst van de strijd hier weinig aan te hebben, daar men in deze dagen slechts behoefte had aan gedorst graan, reden waarom de bakkers dan ook snel zonder meel zaten.

Men vatte het plan op, het in Bergen op Zoom te gaan halen, doch dit was geen haalbare kaart- tenminste niet met vrachtwagen en paard - daar de bezetter gek was op alles wat op wielen stond.

Toch moest men iets wagen en zo werden een stel handwagens gecharterd met de nodige mensen  die het aandurfden naar "Baregen" te gaan om meel. Inderdaad aandurfden, want ook mannen werden door de Duitsers niet met rust gelaten. Voortdurend waren er razzia´s , die praktisch geen resultaat opleverden omdat iedereen die het maar in de gaten had op ´ de loop´ ging. Tot tweemaal toe b.v. heeft het voltallige gemeentebestuur moeten onderduiken . Zolang er Duitsers waren bleven ze vervelend  , want zelfs toen de granaten al in het dorp insloegen werden de bewoners onder bedreiging van hun revolvers gedwongen tot het aanleggen van versperringen en het bouwen van stellingen. Toch waren velen van hen de Duitsers te slim af. 

 Hoe de gewone doorsnee Woensdrechtenaar ook binnen enkele uren zijn bevrijding verwachtte , niets was minder waar. De smalle Kreekkrakdam was de inzet van de heroïsche strijd. De verbinding met Vlissingen en evenzeer de bewaking van de Westerschelde  ( Antwerpen )  was voor de bezetter van vitaal belang, hij was bereid dit ´bruggehoofd´ tot het uiterste te verdedigen.

 De vlakke polders , doorsneden met een groot aantal dijken. bleken uitstekend te verdedigen stellingen te zijn om van ´ Kuypers bossen´ nog maar te zwijgen.

De dorpen Putte en Ossendrecht waren ondertussen bevrijd en in de nacht van 6 op 7 oktober maakte de gemeente Woensdrecht kennis met de eerste granaten, waarbij de eerste burgergewonden vielen en ook de eerste huizen werden beschadigd. In de loop van de avond van 7 oktober zagen de Canadezen kans, om onder dekking van het artillerievuur en een intens mitrailleurvuur het dorp Hoogerheide te  ´bevrijden´tot aan de Woensdrechtseweg en de Duinstraat. Het dorp Woensdrecht bleef voor hen onbereikbaar.

 Een dag later deden de Canadezen weer een uitval die hen slechts een terreinwinst van enkele honderden meters opleverde. Een zeer karige winst voor zo'n zwaar karwei dat voorlopig ook nog niet geklaard zou zijn , daar diverse factoren in het voordeel van de Duitsers waren. De eerste twee zijn reeds vemneld, nl. de versterkingen vanuit Zeeland ter verdediging van de Kreekramdam en de onoverzichtelijke bossen van Kuypers, waardoor alle aanvoeren en troepenconcentraties onwaarneembaar waren voor de bevrijders.

Ook de Duitsers zagen dit in en dirigeerden onmiddellijk hun " Herman Göring Fallschirmjäger" naar deze sector. Deze Fallschirmjäger golden als het beste Duitse keurkorps uit deze oorlog. Deze troepen waren gelegerd in Wouw. Bij hen heb ik ook de jeep gezien , waarvan we eerst later begrepen dat het buitgemaakte voertuigen waren . Hoe hard de gevechten in Woensdrecht waren , konden we ook aan deze voertuigen zien , daar het meermalen voorkwam dat ze nog met bloedvlekken in Wouw rondreden ,  nadat ze van het strijdtoneel waren teruggekeerd. 

Terug naar Woensdrecht echter. Op 8 oktober deden de fanatieke Duitsers een tegenaanval en konden de Canadezen inderdaad terug gedrongen worden naar de eerste frontlijn aan de Duinstraat. Door dit uiterst kleine succes waren deze jonge keurtroepen niet meer te houden en op 9 oktober gingen zij voor de tweede maal tot de aanval over.  Nog zwaarder dan de eerste keer beukte de artillerie op Hoogerheide en voorwaarts gingen de Duitsers weer, op naar Antwerpen dachten ze . Niets bleek minder waar; uiteraard konden de Duitsers-als praktisch verslagen leger-niet op tegen de geweldige troepen-en het materiaaloverwicht van de geallieerden. De Canadezen- zich er terdege van bewust zijnde- wie zij tegenover zich hadden, zetten alles op alles en wisten daardoor hun stellingen van 7 oktober weer te verstevigen en te behouden. Van toen af aan is het gebied tussen Duinstraat -Woensdrechtseweg en de Canadese frontlijn van 8 oktober steeds niemandsland gebleven.

 Gesteund door formaties Typhoons en Sptfires waren er de hele dag zware artillerieduels en patrouillegevechten. De Duitse linies werden hevig bestookt door een geweldig zwaar artillerievuur. Woensdrecht en Hoogerheide waren front. De Canadezen evacueerden de burgers uit hun sector naar Ossendrecht, De Duitsers deden hetzelfde met de bewoners van Zandfort, Neerheide en Woensdrecht,toen ook dit onder zwaar geallieerd artillerievuur kwam te liggen. Toch waren er nog steeds die hun huis niet in de steek wilden laten, ondanks herhaalde waarschuwingen. Doch op 15 oktober vonden de koppigsten van het dorp het welletjes en trokken ook zij naar Bergen op Zoom. Er vielen toen zo verschrikkelijk veel granaten op deze Duitse frontlijn, dat het absoluut ondoenlijk was om te blijven; ieder ogenblik konden zij getroffen wroden door een deel van de stalen mantel die de geallieerden rond het dorp aan het trekken waren. Bovendien werden de Duitsers steeds brutaler en onbeschofter in hun optreden tegen de achtergebleven dorpelingen; voorraden levensmiddelen werden uit de huizen gehaald en verknoeid of weggesmeten. Met de revolvers in de vuist werden al hun eisen kracht bijgezet en brandstichtingen en spelletjes met panstervuisten golden als hun vermaak.

Zo waren er tijdens de gevechten van 9 oktober de fam. Peeters ( vader, moeder, zoon en dochter ) ondergebracht in de kelders van W. de Kort. Het huis van Peters was nl. in brand geschoten en tot de grond afgebrand. Zonder lichamelijk letsel op te lopen hadden zij onderdak gevonden bij de Kort.  Geregeld kwamen Duitsers om allerhande dingen vragen en evenzo het huis doorzoeken op levensmiddelen. Zo kwam er ook een Duitse soldaat binnen die om boter vroeg. Zij moesten ook hierop ontkennend antwoorden, daar er absoluut geen boter in huis was. Ondanks dit werd de Duitser ontzettend kwaad en verdween, doch enkele ogenblikken later werd er door het keldergat een handgranaat naar binnen geworpen ; tengevolge van de ontploffing werd moeder Peeters zwaar gewond en de dochter werd door een scherf in de halsslagader getroffen , waardoor zij terstond doodbloedde. Daar het huis niet in de frontlinie lag kon het haast niet anders of de Duitse soldaat weet hier meer van alhoewel hier uiteraard niets met zekerheid gezegd kon worden. Ook J. Bastiaansen overkwam een dergelijk geval, alhoewel dit een stuk beter afliep. Een Duitse militair kwam op een gegeven moment weer op een onbeschofte manier wat te eten eisen. Daar Bastiaansen echter ook ´nee´ moest verkopen ontstond er een woordenwisseling daar de Duitser hem niet wilde geloven.. Een geweldig handgemeen was het gevolg waarvan de Duitser het onderspit moest delven. Gelukkig voor hem , was hij niet alleen en waren zijn maten hem niet met de revolvers in de vuist te hulp geschoten , dan zou het er  bepaald net rooskleurig voor hem hebben uitgezien, maar voor de revolvers moest Bastiaansen wel door de knieën. De Duitsers doorzochten het gehele huis. maar konden niets vinden. Terdege bewust van hun ongelijk trokken zij tenslotte weg, zonder verdere moeilijkheden te veroorzaken.

Zoals al vermeld, was practisch het gehele dorp geevacueerd. Er waren er een groot aantal die dat op eigen houtje deden.. Wat één van hen- toen nog een kind- zich van deze hele affaire nog weet te herinneren is, dat zij zich met angst en beven naar Bergen op Zoom begaven, tussen de gierende en ontploffende granaten door. Ondertussen sloegen de Duitsers rustig boven hun tanks zittend het gehele toneel gade, als gold het een oefening. Buiten de grote groepen individuelen , waren ook een groot aantal bejaarden die onder het intense kanongebulder moesten worden gered. Voor deze oude mensen was vooral het Rode Kruis van Bergen op Zoom aansprakelijk. Wat deze mensen gedaan hebben grenst aan het ongelooflijke en is op zich al een vermelding waard. Ondanks de hevigheid van het gevecht zijn +/- 50 gezinnen in hun huizen achtergebleven en weigerden te vertrekken naar rustiger oorden. Zo zaten C.Kil met zijn gezin in de schuilkelder van F.Dons, welke in de woning was gemaakt.Toen op 16 oktober de Canadezen ook het gebied rond het huis van Dons hadden bevrijd kwamen deze mensen meteen uit de kelder om de bevrijders te begroeten. Toch wist de vijand van geen wijken en na een verwoede strijd werden de Canadezen weer teruggedrongen waardoor ook de woning van Dons weer terug in Duitse handen viel, zij drongen door in de kelder en bevalen iedereen naar buiten te komen , doch zij waren bang om aan deze sommatie gehoor te geven, maar tenslotte gaven zij er gehoor aan. Toch was dit niet de bedoeling  van de ´ smeerlappen ´ want de vrouwen werden meteen weer teruggestuurd naar beneden, doch de mannen moesten mee. De gehele nacht waren de vrouwen en kinderen alleen in de kelder , waarbij twee vrouwen van 80 en 84 jaar. U kunt zich voorstellen hoe verschrikkelijk dei nacht was voor deze mensen . Tegen de morgen , toen het wat rustiger was geworden gingen zij  naar buiten en vonden hun mannen ter plaatse gefusilleerd. Een dag later werden alle personen geevacueerd naar Ossendrecht, waarbij de 84 jarige oude moeder gewond raakte. Later is zij in een ziekenhuis in Kappelen overleden. Ook bij de famile Iriks deed zich een zelfde geval voor; ook zij zaten in een kelder en ook zij  verwelkomden de Canadezen, wat waarschijnlijk door de Duitsers was waargenomen.. Onmiddellijk werd na de herovering een handgranaat naar binnen geworpen, waardoor de 17 jarige zoon Piet dodelijk werd getroffen en vader Iriks zwaar gewond. Zo duurde de strijd voort en intussen werd het 21 oktober . De laatste reserves werden door de Duitsers in de strijd gegooid en op de Neerheide ontwikkelde zich een gruwelijke tankslag , waardoor de laatste huizen -die nog overeind stonden- ook nog werden vernield. De Duitsers profiteerden op een ´fantastiche ´ manier van de mogelijkhheden in de ´ Kuypers Bossen´ . Dit gebied was vergeven en de zware "Tiger tanks´ stonden hier op alle mogelijke plaatsen opgesteld. Een aanval hierop was vrijwel onmogelijk, vooral omdat de geallieerden over een vrijwel vlak landschap moesten aanvallen en zij bovendien niet op de steun van hun tanks konden bouwen , daar deze in de natte vette ploders niet konden manoevreren.  In de naastliggende sector echter zetten de ´collegabevrijders´ grote aanvallen in op Breda en Roosendaal waardoor de Duitsers in West-Babant  niet meer over voldoende materieel en verse troepen konden beschikken. Nu was ook de tijd rijp voor de doorbraak naar de Schelde. Deze werd ingeleid door een zwaar artillerievuur vanuit Putte en Ossendrecht. waardoor een doorbraak nabij de Hogerwaardpolder weerd geforceerd. Ook in de noordelijke richting werd een doorbraak bereikt op 23 oktober naar Bergen op Zoom ,waardoor Woensdrecht defenitief was bevrijd. Toch hadden de bevijders nog dagenlang nodig om de fanatieke Fallschirmjäger uit hun stellingen te verdrijven in de ´ Kuypers bossen ´  een karwei dat meestal met vlammenwerpers moest worden geklaard.

Epiloog

De droeve balans moest worden opgemaakt , Bij de strijd hadden 23 burgers het leven verloren. De geallieerden lieten ca, 500 strijdmakkers achter en 124 Duitsers keerden niet meer naar de Heimat terug. 

Ook de onderkomens hadden veel te lijden gehad, door brand waren 72 huizen verwoest , 355 woningen waren onbewoonbaar en 235 waren er minder zwaar bescahdigd vanaf gekomen, m.a.w. de beide dorpen waren totaal verwoest, terwijl er practisch geen levend stuk vee meer te vinden was. 

De ´ ODC " -onder leiding van Dhr C.van Elzakker, paktte meteen aan om weer wat orde op zaken te stellen en zo kwam langzamerhand weer wat leven in de brouwerij.. Nu 30 jaar  na de verwoesting kan men -evenals elders , weinig meer terugvinden , van wat er toen is verwoest. 

Het is maar al te waar: de tijd heelt alle wonden.